Zevenhuizen, of om precies te zijn, de bushalte in Moerkapelle. In de zomer van 1960 ontmoeten Otto Geijsen en Janny de Graaf elkaar daar voor het eerst ‘in het echt’, na enige tijd over en weer te hebben gecorrespondeerd. Het blijkt net zo goed te klikken als op papier. Zij krijgen verkering en geven elkaar het ja-woord op 4 juli 1963. Zestig jaar later zijn de twee nog steeds gelukkig met elkaar. Dit diamanten huwelijk vierden zij onlangs met een zeer geslaagd etentje bij Bosch en Duin.
Door: Nicole Verhoeven-Speek
“Heel gezellig,” steekt Janny Geijsen enthousiast van wal over het etentje ter ere van hun zestigjarig huwelijk. “Mijn oudste broer en mijn jongste waren ook gekomen.” Otto valt zijn vrouw meteen bij, net zo enthousiast, met Rotterdamse tongval: “En onze zoon was overgekomen uit de VS.” Rotterdammer Otto Geijsen en Janny de Graaf uit Zevenhuizen leerden elkaar kennen via een correspondentieclub. Janny vertelt: “Otto en ik waren een tijdje met elkaar aan het corresponderen, toen Otto voorstelde om hem op te zoeken in Vlaardingen, waar hij inmiddels woonde en waar het kermis was. Dan konden we elkaar eens ‘in het echt’ ontmoeten. Mijn moeder wilde daar niets van weten en zei dat hij dan eerst maar eens naar Zevenhuizen moest komen.” Zo gezegd, zo gedaan. Otto kwam vanuit Vlaardingen met de bus naar Moerkapelle en begaf zich vanaf de bushalte aldaar naar Janny in Zevenhuizen.
Klik
Hoewel zij elkaar natuurlijk al kenden door hun briefwisselingen, leerden Otto en Janny elkaar pas goed kennen na die eerste ontmoeting. “In 1960 was dat, twee weken voor mijn achttiende verjaardag,” aldus Janny. De klik die er al was, bleef en de liefde tussen de twee groeide. Drie jaar lang werd er heen en weer gependeld tussen Zevenhuizen en Vlaardingen. “Mijn vader vond alles goed. Mijn moeder was strenger. Van haar mochten wij alleen ’s middags samen over straat. Als wij ‘s avonds wilden wandelen, was mijn moeder er altijd bij.” Na drie jaar verkering vonden Otto en Janny de tijd rijp voor een huwelijk en zo geschiedde. Op 4 juli 1963 stapten zij met elkaar in het huwelijksbootje.
Gouden stoel
Vier jaar lang woonde het kersverse echtpaar Geijsen boven de schuur van het ouderlijk huis van Janny. Janny: “Die schuurzolder was niet geïsoleerd, tochtig. Hoog tijd dus voor een andere woning. Nu werden in Zevenhuizen nieuwe huizen gebouwd, maar die waren alleen bestemd voor gezinnen. Ik sprak de burgemeester erop aan, omdat ik vond dat wij ook in aanmerking kwamen voor zo’n nieuwbouwhuis, ondanks dat we nog geen gezin hadden. Hij kwam kijken, zag onze woonsituatie en een paar dagen later al kregen wij bericht dat we een woning hadden!” Na negen maanden werd dochter Miranda geboren, twee jaar daarna zoon Edwin. Omdat Otto een baan in Gouda kreeg, verhuisde het gezin daarheen. Helaas werd Otto door gezondheidsproblemen al vroeg arbeidsongeschikt en heeft hij niet meer kunnen werken. Janny heeft sindsdien de mantelzorg op zich genomen, maar werkte ook veel buitenshuis om een centje bij te verdienen. Otto: “Hartstikke druk voor haar. Ik zeg altijd tegen Janny: ‘jij krijgt boven een gouden stoel’.”
Piratenzender
Nadat dochter Miranda in Brabant neergestreken was, vroeg zij haar ouders ook hierheen te komen. Prima vond het echtpaar, want inmiddels waren er kleinkinderen voor wie Janny graag oppas-oma wilde zijn. Aanvankelijk in Waalwijk en sinds vier jaar woont het diamanten stel in Loon op Zand, waar zij het goed naar de zin hebben. “Om de veertien dagen rij ik met onderbuurman Kees mee naar de Nettorama in Waalwijk. Zo fijn! En nu met ons zestigjarig huwelijk hebben de mensen uit het complex alles versierd.” Janny is dagelijks veel bezig met de zorg voor Otto. Daarnaast gaat zij iedere week een uurtje lopen met een wandelgroepje. Otto kan zijn oude hobby, draaien bij een piratenzender, jammer genoeg niet meer uitoefenen. “Muziek draaien deed ik graag, Manuel was mijn piratennaam,” vertelt Otto glimlachend. “De cd’tjes hiervan liggen allemaal in de kast.” Wat Otto wél kan en ook nog doet, is puzzelen.
Over ‘het geheim’ van een zestig jarig huwelijk is echtpaar Geijsen duidelijk: “Geven en nemen, anders komt je er niet.”