De schaapskudde in de Loonse en Drunense Duinen is voor de meeste bezoekers inmiddels een vertrouwd beeld. In opdracht van Natuurmonumenten houdt de kudde, onder leiding van een schaapherder en zijn bordercollies, de grassen en opschietende boompjes in toom en zo de heide open. Deze ‘begrazingsmachine’ is nu versterkt met een Karpatische herdershond, waarmee het schapenbedrijf De Lachende Ooi zich voorbereidt op de mogelijke komst van de wolf. Dat vraagt wel om een andere benadering door de bezoekers, want een kuddebeschermingshond is een echte zelfstandige werkhond en zeker geen gezelschapsdier.
Goed voorbereid
“In de Loonse en Drunense Duinen heeft zich nog geen wolf gevestigd en er zijn ook geen bevestigde waarnemingen in dit natuurgebied” vertelt schaapherder Bart van Ekkendonk. “Ik verwacht dat het te klein is als leefgebied voor de wolf, maar dat wil niet zeggen dat hij zich hier nooit zal laten zien. Ik ben dus liever goed voorbereid.” Het schapenbedrijf werkt al langer met schrikdraadrasters rond het nachtverblijf, maar daar komt nu als extra beveiliging een kuddebeschermingshond bij. “Die gaat een eventuele wolf duidelijk maken dat hij de schapen niet als een makkelijke prooi moet gaat zien.”
Instinct gericht op beschermen
“Je hoeft dit ras niet te leren om te beschermen”, zegt de herder, “dat is puur instinct en een eigenschap die er door de eeuwen heen is in gefokt.” Het Karpatische ras komt uit Roemenië waar het bij de schaapskuddes in het Karpatengebergte leeft. Het zijn uit de kluiten gewassen honden, die in staat zijn om het op te nemen tegen wolven, beren en lynxen als hun kudde wordt bedreigd. “De kuddebeschermingshonden moeten zich vooral één gaan voelen met de kudde”, vervolgt van Ekkendonk zijn verhaal, “want zodra de kudde van hen voelt, willen ze die ook beschermen.” De kuddebewakingshond heeft dus een hele andere functie dan de bordercollies, die gericht zijn op het hoeden van de schapen.
Dag en nacht bij de kudde
Voor de jonge hond is het belangrijk dat hij veel praktijkervaring in het veld opdoet en zo met allerlei situaties in aanraking komt. Daarom is de jonge Karpatische herdershond dag en nacht bij de kudde. Overdag houdt de herder de hond altijd aangelijnd en ’s nachts zit hij bij de schapen in het nachtverblijf dat met schrikdraad is afgezet. “Voor bezoekers is het goed om te weten hoe zich te gedragen als er een kuddebeschermingshond bij de schapen loopt” zegt van Ekkendonk. “Het is belangrijk om afstand te houden en de Karpatische herdershond geen aandacht te geven of te voeren. Als de bezoeker zelf een hond bij heeft, dient hij rustig door te lopen, niet te gaan rennen en zijn hond aangelijnd te houden. De beschermingshond ziet alle honden als een bedreiging voor de kudde. Ook overdag als de schaapherder de beschermingshond aan de lijn heeft, dien je als bezoeker afstand te houden en als je zelf een hond bij hebt niet naar de kudde te komen. De kuddebeschermingshond zal door blaffen de ‘indringers’ pogen te verdrijven.”
Regels als er een kuddebeschermingshond bij de kudde loopt:
- Geef de kuddebeschermingshond geen aandacht.
- Voer hem niet.
- Houd afstand.
- Heb je zelf een hond bij, houdt hem dan aan de lijn en loop rustig door. Loop niet met je hond richting de kudde.
- Ga niet rennen.