Al is in Kaatsheuvel dan wel veel monumentaals verdwenen, toch zijn er vaak nog kleine elementen over die herinneren aan de rijke historie van ons kerkdorp. Kleine monumentale elementen waar je misschien dagelijks wel voorbij loopt of fietst en in al die jaren nog nooit hebt opgemerkt, maar wel een stukje van de Kaatsheuvelse historie vertellen. De komende weken zullen we in De Duinkoerier aandacht besteden aan deze kleine historische elementen. Vandaag is dat een kunstwerk van Grips.

Wie door de Antoniusstraat rijdt of loopt ziet bij nummer 70a naast het rechterraam op de eerste etage een opmerkelijk kunstwerk. Onder een soort van boog is een heilige figuur afgebeeld met ernaast iemand achter een werkbank met een schoenmakersmes en onderaan iemand die zijn schoenen zit te strikken. Onderaan is nog een jaartal aangegeven, namelijk A°D° 1954. Als we goed kijken zien we dat de betreffende heilige figuur een schoenmakershamer in zijn ene hand heeft en in het andere een boek. Het kan een verwijzing zijn naar de heilige Crispinus en Crispinianus. Zij waren twee broers uit een voornaam Romeins geslacht, die tijdens de christenvervolging onder keizer Diocletianus (244-311 na Christus) hun toevlucht zochten in Soissons in het Franse Gallië. Aldaar voorzagen ze zich in hun levensbehoefte als schoenmakers. Tevens maakten ze gratis schoenen voor de armen en verkondigden het christelijke geloof. Maar toch bleken ze ook daar niet veilig, want ook in het westelijk deel van het Romeinse Rijk werden christenen vervolgd. Ze werden gevangen genomen en gefolterd. Zo werden ze met schoenmakerspriemen onder hun vingernagels gestoken, werden ze met gesmolten lood overgoten om daarna in een ijskoud water te worden gegooid. En tenslotte werden ze allebei onthoofd (in 287 na Christus). Vanwege hun schoenmakersactiviteiten werden ze de beschermheiligen van de schoenmakers, leerlooiers en orthopedisten.

Het was dan ook niet vreemd toen Sjel van Boxtel, die samen met zijn drie broers een schoenfabriekje onder de naam ’Amati’ hadden in de Erasstraat in Kaatsheuvel, in 1953 in contact kwam met architect Frits Grips uit Vught om een huis te bouwen in Antoniusstraat er voor het aangebrachte kunstwerk werd gekozen. Het kunstwerk gaf namelijk de relatie van Sjel met het schoenmakersvak weer. Sjel van Boxtel was in de oorlogsjaren getrouwd met Anna Klijndijk en woonde in de eerste jaren van zijn huwelijk in bij de moeder van Anna in de Antoniusstraat, zoals in die jaren gebruikelijk was. Toen er een huis in de Sweensstraat beschikbaar kwam verhuisden ze daar naar toe. Aldaar werden vier kinderen geboren. Sjel wilde echter een huis bouwen. Toen de oom van zijn vrouw, Helmus van der Linden, grond te koop had verkasten ze weer terug naar de Antoniusstraat. Het was architect Frits Grips (1913-1971) die een woonhuis voor het gezin Van Boxtel ontwierp. Frits Grips was geen onbekende architect in Kaatsheuvel, want hij tekende onder andere voor het café-restaurant De Drie Kabouters aan de Horst (wat helaas gesloopt is), Wilhelminaplein 3a, 3b en 7a, Hoofdstraat 64a (het pand van bakkerij Pieckfijn) en een aantal woningwetwoningen aan de Berndijksestraat. Maar wie was Frits Grips? Fredericus Geertruidis Petrus Maria Grips werd op 11 juli 1913 in Vught geboren in een gezin met zeven kinderen. Zijn vader, ook Frits genaamd, was een bekend kunstschilder evenals zijn grootvader Charles Grips. Frits groeide dus op in de derde generatie van deze artistieke familie. Hij begon zijn opleiding aan de tekenschool in Vught en bij architect Hendrik Willem Valk (1886-1973). Daarna volgde hij de architectenopleiding aan de R.K. Leergangen te Tilburg. Hij maakte vervolgens studiereizen naar België, Frankrijk, Italië, Zwitserland en Duitsland. Na zijn aanvankelijke samenwerking met architect Valk besloot hij in 1951 voor zichzelf te beginnen. Hij voerde opdrachten uit in heel Nederland. Aanvankelijk vanuit zijn woonhuis aan de Taalstraat 144 te Vught, maar rond 1960 betrok hij een door hem zelf ontworpen kantoor aan de Zuiderpassage in ’s-Hertogenbosch-Zuid. Later vestigde hij zich in Boxtel. Het werk in 1954 in Kaatsheuvel was dus kort nadat Grips voor zichzelf was begonnen. Bij meerdere opdrachtgevers probeerde hij in zijn ontwerp een element aan te brengen wat verwees naar het beroep van de opdrachtgever. Zo verwerkte hij rondom de deur van de te ontwerpen woning van tandarts Wooning, aan het Wilhelminaplein 7a in Kaatsheuvel, tandartsinstrumentarium. Zo gebeurde dat dus ook bij de woning van schoenfabrikant Van Boxtel aan de Antoniusstraat 70a. De uitvoering van dergelijke ornamenten liet architect Grips echter vaak over aan zijn twee jaar oudere broer Pieter Grips (1911-1993). Het is bekend dat Pieter vaker opdrachten voor zijn broer uitvoerde. Pieter was immers als kunstenaar bedreven in allerlei ambachtelijke technieken, zoals beeldhouwen, reliëf, keramiek en mozaïek. Hoogstwaarschijnlijk zal dus ook het kunstwerk aan de Antoniusstraat 70a van zijn hand zijn. Ga er eens langs en bewonder dit speciale kunstwerk in de gevel.

Hopelijk dat u voortaan op uw wandeling of fietstocht aandacht besteed aan de kleine historische elementen die het verhaal van ons kerkdorp Kaatsheuvel levendig houden. Ze zijn in ieder geval de moeite waard om te bewaren. Iets waar heemkundekring De Ketsheuvel zich voor inzet. Word ook lid en meldt u aan via www.deketsheuvel.nl.

Kees Grootswagers, lid heemkundekring De Ketsheuvel